Dagobert Schreef:
-------------------------------------------------------
> Springer, M. 2004. Die Sachsen. Kohlhammer GmbH,
> Stuttgart.
>
> Ik heb een pdf gemaakt van Hoofdstuk 6: 'Die
> Deutung des Sachsennamens und "der" Sax'.
Boeiend, met mooie voorbeelden van de oudste taalvormen in het Germaans.
Een aantal van zijn standpunten had ik ook al zowat ingenomen:
- De sax als zwaardnaam is nieuwer dan de saks als volksnaam.
- De sax als zwaardnaam is niet specifiek voor de taal van de saksen
- De oudere betekenis van saks - Oudgermaan sáhs klonk ongeveer als saags - is mes, met combinaties variërend van dolk, eetmes tot scheermes.
- Deze oudere betekenis heeft het ook bij de Franken
Zijspoor: ik ben nogal eens geneigd het woord Sakser te gebruiken (Groninger voorkeur voor -er boven -se?), maar dat blijkt etymologisch nogal verdraaid, via bewoner-van-Saksen, maar een streeknaam Saksen is zeker afgeleid van een volksnaam Sachsen - Sáhsan(s) - die een boze Saksische monnik niet als Saksen wilde horen.
Dan zijn punt dat Latijn saxus (steenbrok) en Germaans sahs van een gezamenlijke PIE wortel afstammen, waarbij het betekenisverband loopt via het stenen mes in een tijd dat alle messen van steen waren. Daarover heb ik tegenovergestelde meningen gelezen, die stellen dat zo'n wortel wel tot Latijn sico (snijden) kan leiden, maar niet tot Latijn saxo. Voor wat het waard is, want ik kan de geldigheid van die redenering niet beoordelen.
Overigens ben ik van mening dat de meeste Saksen als soldaat vooral met speren vochten.
1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 14/06/2022 18:48 door Erik Springelkamp. (
bekijk wijzigingen)