kleon Schreef:
-------------------------------------------------------
>
> Nou, corrigeren, ik zou niet durven! Ik ben
> sowieso te weinig met de materie bekend om me met
> primaire bronnen bezig te houden.
Ja, een tik van mij

Ik ga niet gemakkelijk mee in een historische reconstructie als ik niet ook kan nagaan wat er in de primaire bronnen staat en of die wel ongeveer contemporain zijn. Ik heb te vaak gezien dat er een potje van gemaakt werd.
>
> Theuws noemt in de inleiding van zijn grote
> Vrijthofboek (p. 28 - volgens mij heb jij dat boek
> ook in de kast staan), behalve de drie genoemde
> paltsen, nog Awans, Hermalle en Rutten, die
> laatste iets verder weg gelegen. De burcht van
> Chèvremont zou dan weer onderdeel zijn geweest
> van het goed Jupille. Hij baseert zich o.a. op
> Werner (1979/1980) en McKitterick (2008), maar
> waar die hun kennis vandaan halen weet ik ook
> niet. Theuws veronderstelt dat de Pippiniden hun
> Luikse bezittingen te danken hadden aan
> Alpaida/Chalpaidis, de tweede vrouw van Pepijn van
> Herstal, omdat hun oorspronkelijke machtsbasis
> zuidelijker lag.
Ja, dat boek ligt hier ook binnen handbereik. Moet ik nog eens opnieuw openslaan. Maar voor nu laat ik dat even achterwege, want zó diep wil ik me nu niet in Chèvremont onderdompelen. De hoofdlijnen vind ik nu voldoende.
N.B. Werner,
Der Lütticher Raum in frühkarolingischer Zeit staat al heel lang op mijn verlanglijstje. De uni-bib hier heeft het niet

.
McKitterick heb ik (e-book) maar is een beetje uit beeld geraakt. Onderaan een citaat.
>
> Chèvremont wordt wel dik een eeuw later door
> Flodoard van Reims genoemd als de burcht van
> Giselbert II van Maasgouw ("Gisleberti castrum"),
> waar hij in 922 door Karel de Eenvoudige werd
> belegerd en door Hugo de Grote werd ontzet.
Ja, gevonden. Maar wel in een ander werk van Flodoard dan ik verwachtte. Het staat in de
Flodoardi Annales en niet in zijn beroemdste werk
Historia Remensis ecclesiae.
“… Capraemontem, Gisleberti castrum …”
Capraemontem zou dan Chèvremont kunnen zijn.
Groet,
Dagobert
Citaat McKitterick
Charlemagne, …, p. 160/161:
(voor de leesbaarheid de nootnummers eruit gesloopt)
Quote
Precise significance is attached to the word palatium in Frankish charters and narrative sources, given its close association with the authority of the ruler; but significant differences have been observed between the Merovingian and Pippinid or Carolingian ‘palatial system’ The Carolingian mayors did not use many Merovingian palaces, and accorded preference to Ver, Verberie and Quierzy instead of Compie`gne. The major Merovingian palace of Clichy was granted in 741 to the monastery of St Denis, where Charles Martel was subsequently buried. Pippin’s usurpation, however, led to the use of the Merovingian palaces of Compie`gne, Berny, Ponthion and Soissons, while Pippin and Charlemagne also established new palaces such as Attigny, Corbeny and Samoussy. Excavation of the first and last of these in the early years of the twentieth century, as well as at Quierzy and Compie`gne, has corroborated the information about the erection of new structures in the early Carolingian period. The 1917 excavations of Quierzy and Samoussy did not yield anything unambiguous, but recent excavations at St Denis have uncovered what seems to be a possible early Carolingian royal palace. Pippin was most often in Attigny, Quierzy, Verberie and Compie` gne. Charlemagne has most often been located in Thionville, Mainz, Worms, Ingelheim, Herstal (particularly between 768 and 784 ) and Aachen, but the number of times he is supposed to have visited Compie` gne, Ver, Verberie and Quierzy may well be an indication of the king trying to demonstrate the continuity of Frankish rulership in the Merovingian heartlands.
Just as Pippin and Charlemagne had taken over and extended the system of Merovingian royal residences, so new palaces accompanied an expansion of Carolingian authority and territory. Charlemagne took over Pavia and Regensburg on his conquest of the Lombard kingdom and annexation of Bavaria respectively, and Frankfurt, Nijmegen, Ingelheim and Paderborn were taken over, established or newly built in the regions conquered by the Carolingians.
Science: An orderly arrangement of what at the moment seem to be facts.