Robert Schreef:
-------------------------------------------------------
> De heilige op de achterzijde hoeft dan dus ook
> niets te maken te hebben met de plaats waar het
> geslagen is. Misschien verwijst het naar de
> heilige van een bepaalde dag. Een
> gelegenheidsmunt.
>
In een eerder bericht haalde ik een opmerking aan van Gariel, afkomstig uit:
Gariel, E. 1884.
Les monnaies royales de France sous la race carolingienne II
Hij beweerde dat in de tijd van Lodewijk de Vrome geen muntplaatsen meer voorkwamen onder de naam van heiligen.
Ik heb dit niet heel diepgaand onderzocht, maar vond al snel dat dit niet helemaal klopt.
Er zijn munten van Pepijn de Korte, waarbij de muntslag in Tours wordt aangeduid met SCIMARTINI (= Sancti Martini). Ook van Karel de Grote zijn er munten van deze soort.
Deze zijn dus van vóór Lodewijk de Vrome. Maar er zijn ook munten van Karel de Kale waarop muntslag in Tours staat aangegeven als SCIMARTINIMONETA.
Er waren zo ik het begrijp twee muntlocaties in Tours. Sancti Martini is waarschijnlijk muntslag onder auspiciën van het klooster aldaar. De meer civiele muntplaats werd aangeduid met TVRONIS of iets van dien aard.
Andere namen van heiligen die een muntplaats identificeren die in verband stond met een klooster zijn b.v. St. Gorik in Kamerijk (Cambrai). (St. Gorik = St.-Gery = Sancti Gaugerici)
Er zijn munten van Karel de Kale met SCIGAUGERICIM. (= Sancti Gaugerici Moneta).
Soortgelijk zijn er munten met St. Medard die op een klooster in Soissons betrekking hebben.
Dan zijn er nog de plaatsen die ook nu nog de naam van een heilige dragen, zoals St. Fursy, St. Quentin en St. Denis (bij Parijs).
De muntplaats met SCIPETRIMONETA wordt met Corbie in verband gebracht.
Deze komen ook allemaal voor bij Karel de Kale.
Bij anderen waarschijnlijk ook, maar daar heb ik niet meer gezocht.
Namen van heiligen kunnen dus wel degelijk muntplaatsen aanduiden. Alleen bij die gouden pseudo-muntfibula is dat met MAR/CVS beslist niet het geval.
Bij de ‘Utrecht-munt’ denk ik dat het ook niet klopt. SCI MAR(TINI) voor muntplaats Utrecht zou een volstrekt unicum zijn binnen de Karolingische muntslag. Als het in oorsprong al echt een munt is geweest, dan lijkt mij muntslag in Tours toch echt meer voor de hand te liggen. Maar ook dan zou de munt voor Lodewijk de Vrome een uitzondering zijn.
Omdat er zoveel ‘niet klopt’ trek ik voor mezelf de conclusie dat het een pseudo-munt moet zijn, die helemaal niet eerst als munt is geslagen, maar meteen als sieraad is geproduceerd.
Groet,
Dagobert
Science: An orderly arrangement of what at the moment seem to be facts.