Je hebt helemaal gelijk m.b.t. het speculeren. Soms moet je je echt afvragen of dat allemaal nog ‘wetenschappelijk’ verantwoord is.
Wel heeft het m.i. nut om te bekijken welke moeilijkheden zich allemaal kunnen voordoen bij het interpreteren van een oud toponiem.
Uiteindelijk ligt wat mij betreft het laatste woord bij de naamkunde, de toponymie. (Ook al vind ik dat best wel vaak ‘hocus pocus’, maar mijn eigen ‘hocus pocus’ is waarschijnlijk nog veel erger

).
Intuïtief lijkt mij de identificatie Viersloot helemaal top. Maar intuïtie kan er mijlenver naast zitten.
Waar ik nog wel graag een antwoord op zou willen hebben is de vraag naar de oudste, zekere, attestatie van de Viersloot.
Zelf kom ik met wat zoekwerk niet verder terug in de tijd dan 1698. Bij dat jaar is er kennelijk een aantekening in het
Resolutieboek van Laren. Er wordt gesproken over ‘de Vieren Sloot’. En het gaat kennelijk over de verantwoordelijkheid voor het schoonhouden.
Link (via Internet Archive)
1698 is bij lange na nog niet in de vroege middeleeuwen en zo’n aantekening is onvoldoende om aan te nemen dat die sloot er ook lag in de 9e/10e eeuw. In het landschap kan veel veranderd zijn. Zeker met zo’n betrekkelijk onbeduidend riviertje.
Mijn verwachtingen t.a.v. de oudste kopie van het
Cartularium Radbodi (Cotto Tiberius C XI) zijn niet heel hoog gespannen. Ik verwacht daar te zien wat in de edities van het Cartularium staat:
“In Medemolaca regalis decima, et insuper sicut continentur aque que uocantur
u i u uuarflet totum sancti Martini, necnon etiam Fresionouuic totum sancti Martini, in terris, siluis, pascuis, aquis et piscationibus.”
“In Medemolaca de koninklijke tiend, en bovendien behoort alles wat men rekent tot het water
dat
u i u warflet genoemd wordt tot St.-Maarten, alsmede in Fresionowic behoort alles tot St.-Maarten, de bouwlanden, bossen, weiden, wateren en visserij.”
Maar je weet het nooit … misschien is er toch nog een opvallend detail te zien waar een boom over kan worden opgezet.
Een bijkomend probleem is dat er volgens mij altijd rekening gehouden moet worden met de mogelijke inbreng van een kopiist. En dan bedoel ik niet zozeer het gegeven dat die kopieerfouten kan introduceren. Het is mogelijk dat zo’n kopiist doelbewust namen en toponiemen kan wijzigen zodat ze passen bij wat hij (of men) in zijn tijd kan thuisbrengen … wat hij (of men) in zijn tijd kent. (Volgens mij is dat b.v. gebeurd bij de oudst bekende kopie (11e) van de
Annales Bertiniani met de naam ‘Uttreht’.
Hebben we het lang geleden over gehad.)
Groet,
Dagobert
Science: An orderly arrangement of what at the moment seem to be facts.