Ik denk dat het op zich nog niet eens zozeer de vraag is hoe Groesbeek op zich rijksgoed geworden is. Het ligt dan veel meer voor de hand te vragen hoe het Ketelwald rijksgoed geworden is.
Dat lijkt het al geweest te zijn onder Karel de Grote, die immers ging jagen in de bossen bij Nijmegen.
Groesbeek lag tot in de 17e eeuw nog altijd midden in het Rijkswald. Berg en Dal was gemeentelijk tot ver in de 20e eeuw officieel Nederrijkswald (Berg en Dal als naam voor het dorp is pas ergens halverwege de 20e eeuw een officiële aanduiding geworden) Pas rond 1650 zijn de eerste bospercelen in erfpacht uit gegeven en ontgonnen tot landbouwgrond. O.a. de Holdeurn waar wij vorig jaar met een Nifterlaca clubje gezeten hebben.
Hoe het precies zat met het beheer rond 1000 is mij niet helemaal duidelijk.
Er is de akte van 26 mei 1040 waarin koning Hendrik III de villa Groesbeek aan zijn forestarius Sindicus schenkt. In de late Middeleeuwen werd het Gelre's gedeelte - Nederrijkswald - beheerd vanuit Meerwijk, waar ook sporen gevonden zijn van een Motte. Meerwijk maakt onderdeel uit van de route van het Romeinse aquaduct.
Hoe het aan Duitse zijde in het Reichswald zat en van waaruit dat beheerd werd weet ik niet.
De claim van Groesbeek dat Otto III daar geboren is, is hoe dan ook niet heel gek. Aan Duitse zijde claimen ze dat voor Kessel. Maar of er in Kessel ook restanten gevonden zijn uit de tiende eeuw en of het ook in verband gebracht kan worden met beheer van Rijkswald/Ketelwald weet ik niet.
Dat er in Groesbeek een hof was dat in verband gebracht kan worden met het beheer van het Rijkswald lijkt in ieder geval redelijk goed te onderbouwen te zijn.
groet,
Robert
