De traditie van Ruwiel als geboorteplaats van Liudger wilde ik
ook nog behandelen. Niet zo bekend wellicht, wel zo boeiend.
In het boek Liudger Thiadgrimszoon van Klaes Sierksma staat op blz 174 wordt verteld over de Gedenkschriften van een Jonkheer Herberen van Mijnden. Deze was de zoon van
Wouter van Amstel en Mijnden en jonkvrouwe van Merenburch. Hij zegt:
Quote
...Ick hebbe mijn olders wel hooren segghen, dat het Huys te Ruweel ghestaen heeft van Ghoedts gheboorten, ende dat sinte Lu(d)ger, patroen tot Loenen ende die eerste biscop tot Munster, ghebooren is op het Huys Ruweel; ende die van Munster vueren op dezze uure noch het wapen van Ruweel, ende desghelijkcen die van Nyenroode, die sijn uuyt die van Ruweel ghesprooten, want Ny-Ruweel is sijn rechte naeme, ende die van Nienroode ende Munster is noch het wapen van Ruweel, dat is een rooden baer in een ghulden velt."
Dat kunnen we
hier nalezen in de "
Bijdragen en mededeelingen van het Historisch Genootschap. Deel 11" uit 1888. Deze editie is uitgegeven door
Mr. S. Muller Fz., volgens zijn lemma gemeentearchivaris van het Utrechtse stadsarchief van 1874 tot 1918. Volgens hem zou Herberen rond 1500 geboren zijn. Dat maakt deze mededeling in het 'Nederlands' over de geboorteplaats van Liudger uit de 16e eeuw.
Zwesen, de Zwesereng en/of Zuilen hebben geen Nederlandse 'attestatie' van die leeftijd. Welke traditie is nu ouder?! De traditie van het
letterlijke huis van Ruwiel volgens
deze site op te houden rond 1200:
Quote
Mogelijk is het huis al in 1226 gebouwd. Gijsbrecht van Ruwiel is waarschijnlijk de bouwer van het kasteel. De naam Ruwiel duikt -voor zover nu bekend- voor het eerst op tijdens de eerste helft van de 13e eeuw. Buitelaar vermoedt echter dat de Van Ruwiels al in de 12e eeuw in gezelschap van de Van der Aa's deelnamen aan het in cultuur brengen van de woeste gronden in de Vechtstreek. Zij zouden schuil gaan onder de bisschoppelijke ministerialen, die alleen bij de voornaam werden genoemd. Mogelijk is de in 1226 genoemde Gijsbrecht van Ruwiel een bisschoppelijke ministeriaal, die reeds een versterkt huis Ruwiel had laten bouwen. Dit gegeven zou dan het ontstaan van het kasteel naar de eerste helft van de 13e eeuw terugvoeren.
Nu die wapens nog. Alhoewel voor het jaar 1000 die amper tot niet gebruikt werden (zie ook mijn avontuur in
Leeuwarden) is het wellicht toch leuk om even na te lopen. Kijken in hoeverre ons Herbert na te volgen valt. Het wapen van het bisdom Münster nu is volgens het Duitse
lemma van de bisschoppen van Münster het volgende:
Ja, dat lijkt wel op een rode balk in een geel veld (op dit moment springen er denk ik een paar vaten bij mensen die verstand van heraldiek hebben

). Vergelijken we het met wat we op deze
'Heraldry of the World' site tegenkomen, dan zien we de overeenkomst:
Als literatuur vermeldt de site Gelre uit 1414 en - jawel - Sierksma uit 1962 ('het'
gemeentewapenboek) . Verder staat erbij:
Quote
Het wapen zou volgens Sierksma een combinatie zijn van de familiewapens, Van Ruwiel en Van Amstel van Mijnden, beide geslachten waren Heren van Ruwiel. Beide wapens worden al genoemd in het manuscript van heraut Gelre (1414). Het wapen van Van Ruwiel was van zilver, beladen met een dwarsbalk van keel; voor het wapen van Amstel zie Loosdrecht. In het gemeentewapen is dus de achtergrondkleur van het wapen van Van Ruwiel gewijzigd en is alleen het kruis van Van Amstel opgenomen. De gelijknamige ambachtsheerlijkheid werd op 30 september 1818 door de Hoge Raad van Adel bevestigd in het gebruik van het volgende wapen : "In goud een dwarsbalk van keel."
In hoeverre is dit toeval? Ik weet te weinig van heraldiek om te kunnen stellen hoe 'uniek' dit wel of niet is. In het boek 'Liudger Thiadgrimszoon' (1995) geeft Sierksma op blz. 177 zelf ook aan dat "
in de 8ste en 9de eeuw (nog) geen familie of persoonlijke wapens in gebruik" waren. Hij voegt er nog iets aan toe:
Quote
Op goud een rode dwarsbalk is inderdaad het bisschopswapen van Munster, doch weinig vroeger nawijsbaar dan in de 14de eeuw: toen ging de stad Munster zich bedienen van dat wapenbeeld, maar maakte de benedenhelft van zilver. Nog in 1787 werd in een "Bilderchronik"dat duidelijker gesteld: "Alse dusse hillige sunte Lud(g)er eyn bischop was to Munster ... so vinde ick in der schrifft, dat he to dem ersten hefft gevoret to eynem wapen: swert unde eyn bischoppes staff krutzewys; und darna is den stichte worden ein wappen rot, wit und gel."
Die kroniek zou zijn "
Niedersächsische Bilderchronik. Ihre Quellen und ihr historischer Wert" (Hannover 1880) van Conrad Bote. En Sierksma geeft ook op 'Vgl. "
Die Werdener Aebte mit ihren Siegeln und Wappen", (Werden, Selbstverlag, 1990) van Kl. Versteegen'. Nou heb ik een
Conrad Bote uit de 15e eeuw gevonden.....die iets met een Bilderchronik gedaan zou hebben. Dus waar dat 1787 vandaan komt?
Wellicht kwam Gijsbrecht van Ruweel uit een geslacht dat ook in Münster actief was. Dat Gijsbrecht vanuit het oosten kwam om hier mee te doen aan ontginningen?
Samengevat: de oudste traditie in het 'Nederlands', overeenkomst in wapens. Meer dan Zwesen / Zuilen heeft. Alleen die klank: Ruwiel, Ruweel, Ruele, klinkt niet als Suabsna. Tegelijkertijd: waar staat dat Liudger in Suabsna is geboren? ....nergens. Het lijkt wel wat op Suecsnon uit die vermoedelijke 10de eeuwse bezittingenlijst van Werden: "
Suecsnon ubi natus est sanctus Liudgerus totum". Ruwiel lijkt ook niet op Suecsnon......al met al niet zo'n grote oogst wat betreft 'bewijs'.
Op naar de volgende
optie.
Ondanks Gysseling zie ik nog wel mogelijkheden