Dagobert,
het is een boeiend artikel. Ik ken het. Een waarin iemand inhoudelijk ingaat op de materie. En er is inderdaad stevige kritiek. Dr. Bruijnesteijn van Coppenraet stelt duidelijk:
"Alles bijeengenomen is deze publicatie van Delahaye wel als een uitermate onzorgvuldig stuk werk te beschouwen."
Tegelijkertijd stelt hij:
"Dat staat overigens geheel los van de vraag of zijn verplaatsing van de limes germanicus naar de Belgisch–Franse grens op zich juist is. Het opvallende kris-kras dooreen lopen van de wegen, dat pas goed blijkt door alle wegen in één kaart onder te brengen, is beslist geen positief punt. Ook het vlak bijeen liggen van plaatsen zonder onderlinge verbinding, waardoor logische verbindingen tussen trajecten zoek zijn, is erg onbevredigend (bijv. Adlullia–Grinnes–Teucera, of Novesium–Bavacum–Geminicum–Juliacum), evenals de lussen die de reiziger soms geacht wordt te volgen. Echter: het is een postume publicatie, en het is me niet bekend of Delahaye zijn manuscript zelf gereed voor publicatie achtte. Misschien zijn er verbeteringen mogelijk, die het geheel ineens veel logischer maken. Ik houd me aanbevolen voor (opbouwend) commentaar."
Delahaye kwam trouwens zelf tijdens zijn leven soms ook terug op bepaalde identificaties. Of gaf meerdere kandidaten (niet de Noordelijke Nederlanden). In mijn optiek is een belangrijk punt van zijn werk dat we voor de localisatie van menig plaats in de oude kronieken en oorkondes in Frans-Vlaanderen moesten gaan zoeken. De verhalen in die kronieken worden dan ook een stuk logischer: geen razendsnelle crosspartijen door Europa, maar 'gewoon' reizen in een bepaalde regio. Een zeehavens die gewoon aan zee liggen in plaats van aan een rivier. Dat werk. En dan heb ik het met name over de 7,8 en 9e eeuw. De Romeinse tijd ben ik nog wat minder bekend mee.
Samengevat: Delahaye had ook de ultieme waarheid over alles niet in handen, wat helaas wel door de titel 'De Ware Kijk....' gesuggereerd wordt. Hij heeft heel veel materiaal opgeleverd, waarvan lang niet alles 'waar' zal blijken. Heel normale in de echte wetenschap. Dat heet voortschrijdend inzicht. Echter, er zit in mijn optiek ook veel materiaal tussen dat vele malen steviger is dan veel elementen uit de traditionele visie. Als Dr. Bruijnesteijn van Coppenraet daar op dezelfde manier mee om zou gaan, dan blijft daar vermoedelijk weinig van over. Helaas zou dat weinig betekenen in historisch land: want hij is geen historicus. En in dat 'wereldje' lijkt statuur en positie vaak belangrijker dan de inhoud van de redenering.
groet,
Weetgierig